2017

 

De nieuwe straten van Ten Post

In de tweede helft van de 20ste eeuw ontstonden in Ten Post de straten tussen Rijksweg, Eestumerweg en Provinciale weg N360, de Nieuwbouw.










In dit gebied bestond in 1950 de Zwarte weg met verspreide bebouwing, er stond een woning aan een zandweg achter de bebouwing op de hoek Rijksweg/ Eestumerweg en er stonden enkele woningen aan een pad, dat op sommige kaarten Verbindingsweg wordt genoemd, langs de meesterwoning aan de Eestumerweg.

In 1951/1952 werden de eerste 13 naoorlogse nieuwbouwwoningen aan die zandweg gebouwd. Er stond dus al een woning (later huisnr 6) en er kwam een vrijstaande woning bij (later 2). Daarnaast werden twee blokken van 6 woningen gebouwd (later 8 t/m 30).

Deze zijn inmiddels in 2012 al weer gesloopt. Daarvoor in de plaats kwamen In 2014 8 nieuwbouwwoningen 8 t/m 22.
In 1954, toen de straatnaam Johan Rengersstraat werd toegekend, kwamen er 7 woningen bij. Aan de Verbindingsweg stonden 2 woningen die de nummers 32 en 34 kregen. Deze werden gesloopt en in 1956 vervangen door nieuwbouwwoningen met die huisnummers aan de doorlopende straat. In 1956 werden nog 8 andere woningen gebouwd.
In 1957 kwamen er 2 woningen bij en een noodwoning, in de achtertuin van Eestumerweg 27. Die kreeg huisnummer 36, maar werd gesloopt in 1966.
In 1959 werden 3 woningen gebouwd, die later bij een andere straat werden ingedeeld: nr 7 is nu H Veldmanstraat 1, en nr 38 en 40 zijn nu Tuwingastraat 4 en 5.
In 1984 vond de laatste uitbreiding plaats, de woningen 11 en 11a.



Op het kaartje hierboven is de Johan Rengersstraat al volledig afgebouwd en is er ook al een begin te zien van de Tuwingastraat en Hendrik Veldmanstraat die rond 1959 ontstonden.

De Tuwingastraat begon in 1959 met 8 woningen, waarvan er 2 eerder bij Johan Rengerstraat gerekend. In 1966 kwamen er 5 woningen bij, waarvan er 3 in 1973 bij de Jan Zijlstraat werden ingedeeld. In de jaren 70 kwamen er 7 woningen bij.

De Hendrik Veldmanstraat begon in 1958/1959 met 4 woningen. Ook hiervan waren enkele eerder ingedeeld waren bij de Johan Rengersstraat. In de jaren 60 kwamen er 7 woningen bij en in de jaren 70 nog 3. Maar ook hier werd een aanvankelijke uitbreiding uiteindelijk bij een andere straat ingedeeld. De Hoeksteen had eerst huisnummer 16, maar het werd in 1973 Jan Zijlstraat 2










De Tammingastraat begon in 1960/1962 werden met 3 blokken van 3 woningen, die in 2014 zijn gesloopt in afwachting van vervangende nieuwbouw. In 1964 werden 4 blokken van 3 bungalows gebouwd. Daarnaast verrees de openbare lagere school De Lessenaar.

De Oldenhuisstraat begon in 1964 tussen de H Veldmanstraat en de Tuwingastraat. Hier werden in de jaren 60 20 woningen gebouwd. In 1973 werd het deel tussen Rijksweg en H Veldmanstraat toegevoegd. Dit was eerder een deel van de Zwarteweg met 4 woningen. In de jaren 70 kwamen er 6 woningen en een school (de Schalm, thans de Wieken) bij.
In 1970 ontstond het eerste deel van de Jan Zijlstraat. Daar werden toen 12 woningen gebouwd. In 1973 werd het stratenplan opnieuw aangepast. De uiteinden van H Veldmanstraat, Tuwingastraat en Zwarteweg werden bij de Jan Zijlstraat gevoegd.
Zwarteweg 8, de boerderij van Sterenberg, kreeg nr 33. De kleuterschool die daar in de buurt stond nr 31, maar deze werd later afgebroken.  Tuwingastraat 18 t/m 20 werden 32, 30 en 28. H Veldmanstraat 16 werd 2 (De Hoeksteen)
In 1977 kwamen er 2 nieuwbouwwoningen bij, in 1979 10, in 1983 8 en in 1992 3. Daarmee was de wijk voltooid.










Uit de vele adreswijzigingen die in de loop der jaren plaats vonden, blijkt dat bij het plannen van nieuwe straten niet ver vooruitgekeken werd. Het lijkt wel of men steeds dacht dat het de laatste uitbreiding betrof. Toch hielt men er ooit rekening mee dat de wijk aan de zuidkant verder uitgebreid zou worden. Er was zelfs aan een ontsluitingsweg aan die kant gepland. Tussen Rijksweg 139 en 141. Toen duidelijk was dat die weg er nooit zou komen is op die plek een woning gebouwd, 139a.

Verdere nieuwbouw vond in de 21ste eeuw aan de Oldersumerweg en in de nieuwe straat Vlamoven. Om nieuwbouw in de Oldersumerweg mogelijk te maken moest ook daar weer het adres van bestaande woningen gewijzigd worden.

Meer informatie op www.hvtp.nl


Margaretha Deisz

In een overlijdensakte uit 1835 wordt het sterfhuis omschreven als "het huis geteekend nummer een te Croddeburen onder Wittewierum". Waar stond dat huis?

Onze zoektocht ging langs hisgis.nl, allegroningers.nl, alledrenten.nl en groningerarchieven.nl en zo kwamen we heel wat te weten.















De huisnummers per straat dateren van oktober 1953 en ook de gemeentelijke huisnummers die daarvoor gebruikt werden zijn van na 1835. Uit die tijd kennen we alleen de kadastrale perceelnummers. Die nummers werden toegekend per sectie en delen van Kröddeburen vielen in 3 verschillende secties, met meer nummers 1 als gevolg.

Zie het kaartje hiernaast met daarop bij enkele huizen de naam van de eigenaar en het perceelnummer.

 Als het al om een perceelnummer zou gaan, dan nog weten we niet om welke sectie het gaat. Dus we moeten het via de personen die in de akte genoemd worden verder uitzoeken.

In de overlijdensakte worden als getuigen twee buren genoemd. Jakob Izaks Rijskamp, 64 jaar oud, kleermaker te Kroddeburen (C 2, nu Stadsweg 109) en Ebe Klasens Wierenga, 57 jaar oud, landgebruiker te Kroddeburen (C 10, nu Eestumerweg 55).  Zou het om het huis op de hoek gaan? Het staat midden tussen die twee buren en heeft perceelnummer C 1. Maar er is ook een perceel D 1 dus we kunnen geen conclusie trekken.

Terug naar de akte. Het overleden kind heet Aaltje Johan Lappain, zij is een maand oud. De vader is Johan Lappain, tapper te Kroddeburen, de moeder Margaretha Deisz.
Op hun trouwakte lezen we dat Johan een gepensioneerd soldaat is, geboren in 1794 te Mittau, Russisch Courland (deel van het huidige Letland). En dat hij niet kan schrijven.
Margaretha is op 1-1-1812 geboren te Lellens, als dochter van Philip Deisz, veldwagter, en Aaltje Martinus Tammes.

Nou komen we verder, want Philip Deisz, kastelein, is in 1832 eigenaar van een huis op de plek die we nu Pierewietshoukje noemen. Philippus Deisz is geboren omstreeks 1780 in Wehningen (Duitsland) en is overleden in 1864 in Schildwolde. Het zal dus waarschijnlijk gaan om huis D 1.

We denken nu te weten om welk huis het gaat, maar we willen nu toch wat meer weten over dat wichtje uit Kröddeburen dat trouwde met een 18 jaar oudere Rus die niet kon schrijven!

Margaretha heeft een twee jaar oudere broer Jacobus. Hij is onderwijzer in Zijldijk en Heveskes, trouwt twee keer en krijgt 11 kinderen. Hij overlijdt in 1880 in Heveskes, waar hij dan koster is.
Zij heeft ook een twee jaar jongere broer Martinus, maar die leeft maar kort.

Margaretha en Johan Lappain wonen de eerste twee jaar in bij haar ouders. In 1836 woont ze waarschijnlijk in Delfzijl, waar ze moeder wordt van dochter Maria. Johan is dan "stoeldraaier". Maria werd slechts 5 jaar oud.
In 1838 wordt zij te Groningen moeder van Frederik, Johan is dan weer "gepensioneerd soldaat". De geboorteakte van Frederik is de enige akte waarop niet staat dat Johan niet kan schrijven. In plaats daarvan staat er een krachtige handtekening. Valsheid in geschriften of deed de geboorte van een zoon Johan boven zichzelf uitstijgen?

In 1841 wordt Margaretha te Groningen moeder van dochter Aaltje (2). Zij overlijdt na 3 maanden.

Van 1842 tot 1859 zit Margaretha Philips Deisz in de strafgevangenis te Groningen. We weten niet waarom ze daar zat.
Ondertussen overlijdt in 1844 haar echtgenoot Johan.
14 maanden na zijn overlijden wordt Margaretha, ondanks of dankzij haar gevangenschap, moeder van zoon Philip Jan Deisz, die op 2-jarige leeftijd overlijdt.

Margaretha’s zoontje Frederik kan dus niet bij zijn ouders opgroeien. Vanaf 1849, van zijn 11de tot zijn 22ste, woont hij in een koloniehuis in Willemsoord. Later woont en trouwt hij in Wierden en Amersfoort en krijgt bij 2 vrouwen 13 kinderen, waarvan er 7 jong sterven. In Amersfoort komt de familienaam Lappain nog steeds voor.

Op 55-jarige leeftijd hertrouwt Margaretha in 1867 te Uithuizermeeden met de 64-jarige Johan Hermann Heinrich Antoon Meijer, daglooner, geboren te Capplen, Duitsland. Herman overlijdt nog geen jaar later.
Op 60-jarige leeftijd hertrouwt zij te Delfzijl met de 70-jarige Harm Thomas Kremer, drievoudig weduwnaar. Harm overlijdt dertien maanden later.
Op 62-jarige leeftijd hertrouwt zij te Delfzijl met de 61-jarige Andreas Le Roij, weduwnaar. Andreas overlijdt eveneens dertien maanden later.

Op 18-08-1876 overlijdt Margaretha te Schildwolde op 63-jarige leeftijd, als viervoudig weduwe. Haar overlijdensakte wordt ambtshalve opgesteld. Naast ambtenaren van Delfzijl en Groningen is ook de president van de arrondissementsrechtbank erbij betrokken. Het is niet duidelijk waarom dit zo gebeurde.

Denk eens aan Margaretha als je op een mooie zomeravond langs Pierewietshoukje de kleiweg opwandelt. Lang voor Pierewiet daar woonde is Margaretha daar bevallen van haar eerste kind, Aaltje Lappain, dat helaas maar een maand leefde.

Vadan de Bruijn, secretaris HVTP


Handelsvereniging Ten Post en Omstreken

In juni 1953 organiseerde de Handelsvereniging Ten Post en Omstreken een verkoopactie met een feestelijke winkeldag. De klanten ontvingen bij aankoop voor iedere gulden een winkelbonnetje en voor 40 winkelbonnetjes ontving men een deelnemerskaart voor de wedstrijden op de feestdag.
De wedstrijden vonden plaats op het feestterrein “Uitbreidingsplan Ten Post”, voor de kinderen was er een wedstrijd met autopeds en verder Ringrijderij op fietsen en ’s avonds Stoelendans op “levende stoelen”.
In 1953 hadden de straten nog geen officiële naam. Die kwamen er pas in oktober 1954, en toen werd dat Uitbreidingsplan de Johan Rengersstraat genoemd.

De krant waarin dit allemaal wordt uitgelegd en waarin de bij de vereniging aangesloten handelaren adverteerden geeft een prachtig overzicht van de winkels en bedrijven die er toen in Ten Post en Omstreken waren.

In de krant staan 53 advertenties voor 46 verschillende bedrijven. Daaronder waren bedrijven met meer dan één functie, bijvoorbeeld Kruidenier en Brandstofhandelaar.

9 Levensmiddelenbedrijven: G. Koenderink, Kruidenierswaren en Drogistartikelen; A. Doff, Kruidenierswaren; Visscher, Rund-, Kalfs-, en Varkenslagerij; J. Poelstra, Brood en Banket, SPAR-kruidenier; K. Stijve, Groenten en Fruit; R.J. Wiersema, Melkhandel.
Winneweer: Wed. J. Kuizenga, Kruidenierswaren; E.F. Havinga, Slagerij.
Lellens: H. Woltjer, Kruidenierswaren en Drogistartikelen.

7 Brandstofhandelaars: H. Dijkman, Depôthouder Butagas; Doff, Brandstoffen; Th. Boer, Petroleum en Petroleumstellen; G. Bolt, Brandstoffen; G. Klompien Brandstoffen.
Winneweer: H. Werkman, Petroleumhandel; H. Houwing, Brandstoffen.

5 Rijwiel-, Bromfiets- en Motorenhandelaars: R. Bonnema, Rijwielen; P. Kuiper, Rijwielhandel; Dijkman, Rijwielhandel; H. Woldhuis, Rijwielen, Bromfietsen; M.D. Vos, Motoren en Bromfietsen.

4 Café’s: Café Koning, Café Doff.
Lellens: Café H. Woltjer.
Winneweer: Café Krayema, Café en Automatiekbedrijf















4 Manufacturen: A. Woltjer, Manufacturen; G. Bakker, Kleermakerij en Manufacturen; J. Timmer, Manufacturen; P.G. Zijlema, Manufacturen.

4 Transportbedrijven: Doff, Bode en Transportbedrijf; Bode Wierenga; K.W. Niehof, Bodedienst, agentschap Van Gend en Loos; J. Schreuder, Transportbedrijf.

4x Timmer- en Schilderbedrijven: J. Pestman, Timmerman – Aannemer; B. v. Kalker, Timmerbedrijf; A. Doff, Verf-, Glas- en Behangwerken; Fa. H. Woltjer & Zn., Schildersbedrijf.

3 Houthandels: Reinders, Hout- en Bouwmaterialen; Fa. B. Steenbergen en Zn., Houthandel.
Winneweer: Nanninga’s Houthandel, Zagerij, Schaverij, Hout, Keukens, Parketvloeren.

2 Smederijen met Autoverhuur: P. Kuiper, Smederij, Autoverhuur; H. Woldhuis, Landbouwsmederij, Waterfitter, Autoverhuur.

9 Diversen: Dijkman, Bazar, Hengelsport; R. Bonnema, Huishoudelijke artikelen en Stofzuigers; P. Heersema, Kapper; J. Hofman, Schoenhandel; J. Schreuder, Veevoer; B. v. Kalker, Grafkelders en monumenten; J. Bulthuis, Elektr. Klompenmakerij.
Winneweer: Tj. De Vries, Verzekeringen – Administraties; Kl. De Vries, Kopieerinrichting; J. Kerkstra, Vee- en Pluimveevoeders en Vee-geneesmiddelen.

Bij elkaar een mooi overzicht van de plaatselijke economie in 1953, maar dan moeten we hier de boerenbedrijven en de bedrijven die daar specifiek op gericht waren nog aan toe voegen.

In 1953 was de rondweg er nog niet. Er stonden nog woningen tussen School en Molen. Er was nog geen naoorlogse nieuwbouw. Geen aardgas, TV, internet en social media. En er waren dus geen online-bestellingen die dagelijks met bestelbussen thuis bezorgd worden. Winkels waren nog belangrijk. De meeste mensen hadden ook nog geen auto, dus ging men niet zo gemakkelijk elders winkelen. Het motto van de handelsvereniging was dus ter zake:

U hebt het goed bekeken … wanneer U koopt in Ten Post en Omstreken

Heeft u nog verhalen over de winkels van toen? Mail ze naar hvtpeo@gmail.com. We kunnen ze dan via onze website publiceren.

Vadan de Bruijn, Secretaris HVTP


Schoenmakershorn

Onlangs deed een prachtige foto van Schoenmakershorn de ronde. Eerder zag ik wel foto's en tekeningen van deze historische plek, maar die waren vaak onduidelijk. Op deze foto is echter alles heel duidelijk te zien: Het huis, het trekpad op een dijkje, de rolpaal, het Damsterdiep, de stijger van Frailemaheerd aan de overkant. En ook een bewoonster met geit, die staat te praten met een man aan de overkant van het Damsterdiep.

 












Het huisje stond hier van 1844 tot 1955. Het diende vanaf 1901 als arbeidershuisje bij Frailemaheerd. Laatste bewoner was Trijntje Poort, sinds 1939 weduwe van Harm Bakker (bron Boerderijenboek). Mogelijk zijn het dus Trijntje en Harm die op de foto met elkaar praten.

Op deze plek stond eerder al een huis, want op een kaart van de “Route Imperiale”, vervaardigd tussen 1810 en 1814 staat al een huis op Schoenmakershorn en wordt deze plek ook al zo genoemd. Op die kaart is de weg nog tussen het huis en het water gelegen. En nog een grappige bijkomstigheid op die kaart: De weg achter de huizen aan de Trekweg in Ten Post wordt aangeduid als Chemin à Kroddeboeren. (zie beeldbankgroningen.nl, zoekterm Schoenmakershorn)










De situatie op de foto is ongeveer gelijk aan die op de hier afgebeelde topografische kaart van 1909 en die is toch wel heel anders dan die van nu. Huisje, trekpad en steiger zijn er niet meer, maar staat de rolpaal er nog wel?

Maar wat echt boeiend aan Schoenmakershorn is, is de haakse bocht in het Damsterdiep. Hoe is die ontstaan, want die haakse bocht en het kaarsrechte stukje diep parallel aan de huidige N360 zijn in dit deel van het Damsterdiep een “onnatuurlijke” uitzondering.
Een groot deel van het Damsterdiep is gegraven en daar waar het in open verbinding met zee stond is het door de stroming bij eb en vloed gaan meanderen. Maar de meeste rivierbochten waarvan we sporen in het landschap om ons heen kunnen vinden zijn niet van dat gegraven Damsterdiep, maar van de Fivel die tot in de middeleeuwen ervoor zorgde dat het hier een probleem moet zijn geweest om je weg te vinden.

Als we die sporen volgen dan is het niet zomaar mogelijk om in al die sporen de “juiste” loop van de Fivel terug te vinden. De meanders stammen uit een lange periode, waarin de stroming de oudere meanders steeds weer afsneed en nieuwe meanders deed ontstaan. Die loop veranderde dus voortdurend.

De mensen die hier in de middeleeuwen woonden hadden daar natuurlijk last van. Om zich te verplaatsen moesten ze van tijd tot tijd nieuwe verbindingen maken. Niet alleen om zelf een weg te vinden, maar ook om het water, dat via de Fivel naar zee moest, te laten doorstromen. Probleem was niet alleen dat er steeds nieuwe meanders ontstonden, maar ook dat die meanders vervolgens weer dicht slibden. De beste mogelijkheid om die problemen meer duurzaam op te lossen was het heft in eigen hand nemen en zelf de meanders afsnijden. Omdat zij nog niet over graafmachines beschikten was dat een grote inspanning. Ze moeten dus wel flink van die meanders gebaald hebben om al dat graafwerk op te brengen. Een leuke bijnaam voor onze middeleeuwse voorgangers: Meanderbalers.
Evengoed hebben die Meanderbalers het landschap behoorlijk gewijzigd, met het schilderachtige Schoenmakershorn als resultaat.










De aanleg van de N360 was een nog grotere ingreep in het landschap. Het Damsterdiep, inclusief bocht, bleef ongewijzigd, maar het huisje werd gesloopt en het mooie dijkje met het trekpad en de rolpaal verdwenen in een bosje dat ook wat er nog over was van Schoenmakershorn zijn karakter ontnam.

De woningversterkingsoperatie die nu gaande is gaat een minstens zo grote impact op onze woonomgeving hebben als de komst van de N360. Misschien is dat een goede reden om wat toen fout gegaan is zo veel mogelijk te herstellen. Haal die beplanting weg en herstel het trekpad inclusief de rolpaal. Of staat die er nog?

Vadan de Bruijn
Secretaris HVTP