Column Historische Vereniging
NH Kerk
Versterkt
Toen ik,
alweer 11 jaar geleden, als nieuwkomer in Kröddeburen het kruispunt overstak om
ook Ten Post te leren kennen, vielen mij de kerken in eerste instantie niet op.
Die zag ik pas toen ik er wat vaker kwam. Vooral de Nederlands Hervormde Kerk
herkende ik de eerste tijd niet als een kerk, vanwege het gesloten karakter van
de voorgevel en de relatief kleine omvang.
Gelukkig waren er binnen de historische vereniging genoeg mensen die mij konden
uitleggen hoe dat nou zat met de verschillende kerken in Ten Post.
Ooit had Ten
Post één kerk. Een houten kerk op de wierde van Wierum. Daar kerkten onze
middeleeuwse voorgangers. Het kerspel Wierum (nog niet Wit!) omvatte het
grondgebied van de huidige woonplaatsen Ten Post, Winneweer en een deel van
Overschild. Die plaatsen zelf bestonden toen nog niet, maar wel Oldersum,
Huisburen en Wierum.
Onze
voorgangers vroegen Emo van Huizinge om hier een klooster te stichten, de
parochiekerk werd nu een kloosterkerk en de houten kerk werd vervangen door een
stenen abdijkerk, zeer waarschijnlijk in de Romano-gotische stijl zoals de
andere 13e -eeuwse kerken op het Hogeland.
Die katholieke abdijkerk werd na de sloop van de abdij kleiner gemaakt en omgebouwd
(beeldenstorm) tot protestantse kerk. Deze vroeg 17e -eeuwse
opvolger werd op zijn beurt in 1863 weer vervangen door de huidige kerk van
Wittewierum.
Na de bouw van de huidige kerk veranderde de kerkelijke wereld van Ten Post en
Omstreken compleet. Bij de afscheiding ontstond in Ten Post een nieuwe, gereformeerde
gemeente en die bouwde in 1870 een eigen kerk in Ten Post. Daarmee was de
nieuwe kerk in Wittewierum te groot. Toen de niet-afgescheiden gemeenteleden
uit Ten Post ook in eigen dorp wilden kerken werd de kerk van Wittewierum veel
te groot.
De nieuwe Nederlands Hervormde kerk werd omstreeks 1875 gebouwd aan de huidige
B. Kuiperweg. Relatief klein, want zoveel niet-afgescheiden Ten Posters waren
er kennelijk ook weer niet.
Onlangs
kreeg ik een foto toegestuurd waarmee mijn resterende vragen beantwoord werden.
De voorgevel van het 19e -eeuwse kerkje blijkt totaal anders te zijn, dan dat van het huidige gebouw. Met grote stalen ramen. Op de beeldbank zie ik op een foto van het interieur dat in de achtergevel ook grote stalen ramen zaten. En als ik daarna langs het gebouw loop zie ik dat er in de zijgevel nog steeds soortgelijke ramen zitten.
Zulke
transparante gevels uit die tijd, die houden het niet lang. In de archieven
vind ik dat de kerk in 1937 verbouwd is. Het blijkt dat er, voordat er
überhaupt gas in Groningen gevonden was, al versterkingen in Ten Post plaats
vonden. Daarbij zijn voor- en achtergevel, kennelijk van de weeromstuit, extra
stevig gemaakt.
==========================================================================
Column
Historische Vereniging
Over boeken
gesproken
Henk Veldman, vooral bekend als de “weerman van Ten Post”,
had niet alleen belangstelling voor het weer, maar ook voor godsdienst, geschiedenis
en taal en vooral voor boeken. Hij was niet alleen lid van onze historische
vereniging, maar ook van vele andere historische verenigingen in Noord-Oost
Groningen. En overal bezocht hij trouw de vergaderingen en bijeenkomsten. Nu
hij in februari overleden is zal hij nog lang op veel plaatsen gemist worden.
Henk hoorde erbij, op zijn eigen wijze.
We zullen Henk ook al niet gauw vergeten, omdat hij ons niet
vergeten is te vermelden in zijn testament. Hij heeft zijn inboedel aan ons
toevertrouwd. En die inboedel bestaat uit boeken, boeken, boeken, boekenkasten
en overig huisraad!
De leden van onze vereniging lopen nu de deur plat bij
Henk’s huis, wat eerder slechts zeer sporadisch gebeurde. Zijn huis kreeg een
paar jaar geleden een andere naam. Er stond altijd “Ons Thuis” op, maar Henk
maakte daar “Croddebuiren” van, omdat hij die historische naam koesterde. We
proberen nu enig zicht op zijn boekenverzameling te krijgen, wat moeilijk is
omdat niet alles in de boekenkasten paste. Bijna alle kasten kennen rijen
achter de rijen. En stapels, erop, ernaast en ervoor. En verder zijn er nog
stapels voor en naast die stapels. Het huis was duidelijk te klein voor de
verzameling en Henk liet daarom een boekenbijgebouwtje naast zijn huis bouwen. Dat
gebouwtje was bijna klaar…
Het is een spreekwoord geworden: “Toon me uw boekenkast en ik
zeg u wie u bent”. Daar moet ik vaak aan
denken als ik weer een stapel boeken met weer een ander thema tegenkom. Of
juist een nieuwe stapel met hetzelfde thema als eerdere stapels. Bezig met de spullen
die hem vertrouwd waren voel ik steeds meer verbinding met wie hij was.
Over een paar maanden organiseren we zo mogelijk een
boekenmarkt in Kröddeburen. Met de boeken die voor een breed publiek interessant
zijn. Wellicht een mooie gelegenheid om Henk feestelijk te herdenken.
En natuurlijk kijken we tijdens de werkzaamheden af en toe
ook even in de boeken. Zo vond ik in “Jaarboek van en voor de provincie Groningen”
van Nikolaas Westendorp uit 1832 de naam van het “kasteel” dat in de
middeleeuwen tussen Ten Post en Oldersum heeft gestaan. Johan Rengers noemde
het in zijn kroniek “Het Sterke Steenhuis van de Rengersen”, maar Westendorp geeft
de naam erbij: Aitzum.
En dat brengt me tot slot bij een ander project van de
historische vereniging, de Kroniek Versterkt Ten Post. Als we daarin straks de
Rijksweg tussen Ten Post en Oldersum beschrijven dan zullen we daar het verhaal
vertellen over de bezetting van dat steenhuis door de Hollanders onder leiding
van Pieter Reyners en de verwoesting door Groninger Schieringers onder leiding
van Eppo van Nittersum in het jaar 1398.
==========================================================================
Over boeken
gesproken (vervolg)
In onze column van begin juni ging het over de naar
schatting 30.000 boeken die Henk Veldman aan de historische vereniging heeft
nagelaten. Nu, drie maanden later, zijn we daar nog steeds, bijna fulltime, mee
bezig. Zo fulltime dat het me niet lukt over een ander onderwerp te schrijven.
Op 24 mei kregen we de sleutel van Henks huis. We begonnen
direct met opruimen en met het verzamelen van bananendozen waarin we boeken,
die dubbel in de kasten stonden of op stapels lagen, konden sorteren. Op 1 juni
vonden we Henks koninklijke onderscheiding, een van de objecten waarnaar we
vanaf het begin zochten. Een ander object waar we naarstig op zoek naar waren
is de in 1852 uitgegeven gedrukte editie van de Kroniek van Johan Rengers van
Ten Post. We wisten dat Henk dat relatief zeldzame boek had, maar waar?
Diezelfde dag startten we met de voorverkoop van spullen uit
de inboedel, waaronder de eerste boeken. Vooral onder de leden. Voor publieke
verkoop waren we nog lang niet klaar. In diverse ruimtes is het mogelijk om bananendozen
te plaatsen, maar al snel komen we ruimte tekort. Toen Henk plotseling niet
meer trap kon lopen liet hij een boekenschuurtje naast zijn woning bouwen,
bedoeld voor de boeken die boven stonden. Dat schuurtje was echter nog niet
klaar toen hij kwam te overlijden. Nu stond dit schuurtje al snel vol met
bananendozen vol boeken.
Begin juli kwam een gespecialiseerde antiquair om de duurdere
godsdienstige boeken op te kopen. In een tiental dozen verhuisden die naar de
bijbelbelt. Ruimtelijk geeft dat nauwelijks lucht. De keuken en de kelder, de
plekken waar oorspronkelijk geen boeken stonden en door ons in gebruik was
genomen voor godsdienstige boeken, stonden binnen de kortste keren weer vol.
Halverwege juli werden de kostbare niet-godsdienstige boeken verkocht aan een
Stad-Groninger antiquariaat. Waarna meer antiquariaten langskwamen om uit de
overgebleven boeken de boeken te selecteren waarvoor zij in een eerste ronde €
10 per stuk en in een tweede ronde € 5 per stuk betaalden. Tientallen dozen
boeken gingen naar diverse plaatsen in Groningen en Drenthe, maar desondanks keken
we nog steeds tegen stapels bananendozen aan. Hun aantal bleef groeien door de
verdergaande ontsluiting van de collectie.
We mochten de buurtschapstent van Kröddeburen opzetten en
dat gaf weer even ruimte. Maar niet genoeg om het tot de geplande boekenmarkt
uit te zingen.
We gingen door met het sorteren van de boeken die op de bovenverdieping nog op rijen stapels lagen. Na de laatste rij konden we het kastje dat erachter stond openen. Op 25 juli vonden we daar de kroniek van Johan Rengers. Drie delen in een band, heel apart. Gaat zeker niet in de verkoop, hoort in Ten Post. In het huis van Ten Post?
We begonnen, gedwongen door ruimtegebrek, eind juli met de
verkoop van boeken in en bij Henks woning. Eerst op afspraak, maar twee weken
later werd het vrije inloop. De bezoekers waardeerden dat ze vrij rond konden
snuffelen tussen al die boeken in de woning, het schuurtje en de tent. De
meesten kwamen een of meer keer terug, want alles in een keer doornemen lukte
niemand. Deze publieke verkoop zou doorgaan tot 10 september, de dag waarop de
geplande boekenmarkt zou plaatsvinden. Omdat alles in een keer voor de meeste
bezoekers niet lukte, leek het ons beter om in plaats van de boekenmarkt een
week langer door te gaan met de verkoop in en bij de woning, de Finale.
Na 17 september begint de na-verkoop. Enkele opkopers en
andere belangstellenden komen dan langs voor de overgebleven boeken. De boeken
waar niemand belangstelling voor heeft, rest de status “oud papier”.
We hopen 1 oktober de sleutel bij de notaris in te leveren. Dan sluiten we onderling
de eerste helft van dit ons door Henk Veldman in de schoot geworpen project af
met een klein feestje. Om ons daarna op te maken voor de tweede helft: Het besteden
van de opbrengst van de boekverkoop aan activiteiten en zaken m.b.t. onze
plaatselijke cultuur en geschiedenis en het beheer van ons cultureel erfgoed. Dingen
waarmee Henk Veldman blij zou zijn geweest. Dingen waar we lange tijd onze
handen vol aan hebben. We kunnen daarom nieuwe leden en ideeën best gebruiken.
==========================================================================
Column
Historische Vereniging
Barteld
Kuiper
Wie was B Kuiper en wat maakte hem zo belangrijk dat de
mooie straatnaam Wittewierummerweg voor een hommage aan hem moest wijken? Een vraag
die me al bezighoudt sinds ik in Ten Post kwam wonen. Af en toe kwam ik zijn
naam wel tegen, maar nergens kwam ik sporen tegen van wat hem bijzonder maakte.
Hij werd geboren op 8 juli 1857 te Oudeschans als kind van schoenmaker
Willem Kuiper en Anna Raatjes. Hij trouwde op 17 januari 1891 met Antje Koopman
uit Ten Post. Antje was de dochter van Klaas Koopman, bakker en eigenaar van
café Veelust dat toen café Koopman werd genoemd.
Vanaf 1 oktober 1882 tot 1 oktober 1922 was hij hoofd der Openbare lagere
school. 40 jaar, dus twee generaties Ten Posters leerden van hem lezen,
schrijven, rekenen en tekenen!
Voor zijn leerlingen zal hij natuurlijk wel belangrijk
geweest zijn en uiteindelijk woonde hij in een belangrijk huis aan een
belangrijke straat, de Wittewierummerweg, thans B Kuiperweg. Op huisnummer 23.
In het boerderijenboek staat daarover:
Omstreeks 1910 werd de behuizing verkocht aan het “hoofd ener school” Barteld
Kuiper. Hij was getrouwd geweest met Antje Koopman die reeds op 9-2-1901 was
overleden. Meester Kuiper stierf op 14-2-1941. Zijn enige zoon Willem Nicolaas
Kuiper erfde de “boerderij”. Hermann Wilhelm August Reinders pachtte de
behuizing en begon er een houthandel. In 1943 kocht hij het pand.
Verder hoorde ik geen verhalen over hem en was er niets te
lezen.
Tot deze zomer het boekje “Vijftig jaren terpenonderzoek” van
de vereniging voor terpenonderzoek, uit de verzameling van Henk Veldman, een
bijdrage van Barteld Kuiper bleek te bevatten.
Hij behoorde tot een select gezelschap van bij het onderzoek
naar terpen betrokken Nederlanders, die door de Leidse professor J van Bemmelen
werd uitgenodigd commentaar te leveren op diens beschouwing over het
tegenwoordige standpunt onzer kennis van de Nederlandse Terpen.
Hij gaat met name in op de verwarring bij het benoemen van
grondsoorten en het feit dat in het “gebied waar wij wonen” een grote
verscheidenheid aan grondsoorten is waarvoor in onderzoeken nauwelijks aandacht
is. Hij geeft ook precies aan waar men in ons gebied de verschillende
grondsoorten kan vinden.
Verder gaat hij in op allerlei aspecten van terpen zoals die
in het te becommentariëren stuk aan de orde worden gesteld. Hij geeft daarvan
voorbeelden in ons gebied en beschrijft zijn vondsten. Dat gaat allemaal vrij gedetailleerd.
Hij voegt echt kennis toe. Het interessantste vind ik wat hij aan het eind van
zijn brief nog even kwijt wil.
Afgelopen zomer tijdens een droge tijd vertelde de
wijngaardenier van Groot Maarslag op RTVNoord dat de druiven op de zuidhelling
van de wierde geen last van de droogte hadden vanwege de bolle grondwaterspiegel
in de wierde.
Barteld Kuiper schrijft over dat verschijnsel het volgende:
Voor eenige dagen was ik bij een landbouwer, die op het hoogste punt van de
wierde te Heemert bij Lellens woont. Hij heeft als naar gewoonte een breede
gracht rondom zijn huis. Hoewel de bodem van de gracht even hoog is als het
maaiveld, staat in de gracht altijd water, waarin geen onkruiden groeien. Het
water staat altijd bijna even hoog, ook bij sterken regen.
Van zo’n bolle grondwaterspiegel is overigens niet alleen in
wierden sprake, maar ook in kwelderwallen, zoals merkbaar is in onze tuin in
Kröddeburen.
Barteld Kuiper schreef die brief in oktober 1907. Fijn dat
hij zich toen even bezig kon houden met wat kennelijk zijn hobby was, terponderzoek.
Dat zal hem goed hebben gedaan, want verder was 1907 natuurlijk een zwaar jaar
voor hem. In 1907 werd de school met de bijbel gesticht en verloor meester
Kuiper een groot deel van zijn leerlingen. De afscheiding werkte toen, met 50
jaar vertraging, ook in het onderwijs door.