2022

 

Column Historische Vereniging

NH Kerk Versterkt

Toen ik, alweer 11 jaar geleden, als nieuwkomer in Kröddeburen het kruispunt overstak om ook Ten Post te leren kennen, vielen mij de kerken in eerste instantie niet op. Die zag ik pas toen ik er wat vaker kwam. Vooral de Nederlands Hervormde Kerk herkende ik de eerste tijd niet als een kerk, vanwege het gesloten karakter van de voorgevel en de relatief kleine omvang.
Gelukkig waren er binnen de historische vereniging genoeg mensen die mij konden uitleggen hoe dat nou zat met de verschillende kerken in Ten Post.

Ooit had Ten Post één kerk. Een houten kerk op de wierde van Wierum. Daar kerkten onze middeleeuwse voorgangers. Het kerspel Wierum (nog niet Wit!) omvatte het grondgebied van de huidige woonplaatsen Ten Post, Winneweer en een deel van Overschild. Die plaatsen zelf bestonden toen nog niet, maar wel Oldersum, Huisburen en Wierum.

Onze voorgangers vroegen Emo van Huizinge om hier een klooster te stichten, de parochiekerk werd nu een kloosterkerk en de houten kerk werd vervangen door een stenen abdijkerk, zeer waarschijnlijk in de Romano-gotische stijl zoals de andere 13e -eeuwse kerken op het Hogeland.
Die katholieke abdijkerk werd na de sloop van de abdij kleiner gemaakt en omgebouwd (beeldenstorm) tot protestantse kerk. Deze vroeg 17e -eeuwse opvolger werd op zijn beurt in 1863 weer vervangen door de huidige kerk van Wittewierum.
Na de bouw van de huidige kerk veranderde de kerkelijke wereld van Ten Post en Omstreken compleet. Bij de afscheiding ontstond in Ten Post een nieuwe, gereformeerde gemeente en die bouwde in 1870 een eigen kerk in Ten Post. Daarmee was de nieuwe kerk in Wittewierum te groot. Toen de niet-afgescheiden gemeenteleden uit Ten Post ook in eigen dorp wilden kerken werd de kerk van Wittewierum veel te groot.
De nieuwe Nederlands Hervormde kerk werd omstreeks 1875 gebouwd aan de huidige B. Kuiperweg. Relatief klein, want zoveel niet-afgescheiden Ten Posters waren er kennelijk ook weer niet.

Onlangs kreeg ik een foto toegestuurd waarmee mijn resterende vragen beantwoord werden.

 





De voorgevel van het 19e -eeuwse kerkje blijkt totaal anders te zijn, dan dat van het huidige gebouw. Met grote stalen ramen. Op de beeldbank zie ik op een foto van het interieur dat in de achtergevel ook grote stalen ramen zaten. En als ik daarna langs het gebouw loop zie ik dat er in de zijgevel nog steeds soortgelijke ramen zitten.

Zulke transparante gevels uit die tijd, die houden het niet lang. In de archieven vind ik dat de kerk in 1937 verbouwd is. Het blijkt dat er, voordat er überhaupt gas in Groningen gevonden was, al versterkingen in Ten Post plaats vonden. Daarbij zijn voor- en achtergevel, kennelijk van de weeromstuit, extra stevig gemaakt.

==========================================================================

Column Historische Vereniging

Over boeken gesproken

Henk Veldman, vooral bekend als de “weerman van Ten Post”, had niet alleen belangstelling voor het weer, maar ook voor godsdienst, geschiedenis en taal en vooral voor boeken. Hij was niet alleen lid van onze historische vereniging, maar ook van vele andere historische verenigingen in Noord-Oost Groningen. En overal bezocht hij trouw de vergaderingen en bijeenkomsten. Nu hij in februari overleden is zal hij nog lang op veel plaatsen gemist worden. Henk hoorde erbij, op zijn eigen wijze.

We zullen Henk ook al niet gauw vergeten, omdat hij ons niet vergeten is te vermelden in zijn testament. Hij heeft zijn inboedel aan ons toevertrouwd. En die inboedel bestaat uit boeken, boeken, boeken, boekenkasten en overig huisraad!

De leden van onze vereniging lopen nu de deur plat bij Henk’s huis, wat eerder slechts zeer sporadisch gebeurde. Zijn huis kreeg een paar jaar geleden een andere naam. Er stond altijd “Ons Thuis” op, maar Henk maakte daar “Croddebuiren” van, omdat hij die historische naam koesterde. We proberen nu enig zicht op zijn boekenverzameling te krijgen, wat moeilijk is omdat niet alles in de boekenkasten paste. Bijna alle kasten kennen rijen achter de rijen. En stapels, erop, ernaast en ervoor. En verder zijn er nog stapels voor en naast die stapels. Het huis was duidelijk te klein voor de verzameling en Henk liet daarom een boekenbijgebouwtje naast zijn huis bouwen. Dat gebouwtje was bijna klaar…

Het is een spreekwoord geworden: “Toon me uw boekenkast en ik zeg u wie u bent”.  Daar moet ik vaak aan denken als ik weer een stapel boeken met weer een ander thema tegenkom. Of juist een nieuwe stapel met hetzelfde thema als eerdere stapels. Bezig met de spullen die hem vertrouwd waren voel ik steeds meer verbinding met wie hij was.

Over een paar maanden organiseren we zo mogelijk een boekenmarkt in Kröddeburen. Met de boeken die voor een breed publiek interessant zijn. Wellicht een mooie gelegenheid om Henk feestelijk te herdenken.

En natuurlijk kijken we tijdens de werkzaamheden af en toe ook even in de boeken. Zo vond ik in “Jaarboek van en voor de provincie Groningen” van Nikolaas Westendorp uit 1832 de naam van het “kasteel” dat in de middeleeuwen tussen Ten Post en Oldersum heeft gestaan. Johan Rengers noemde het in zijn kroniek “Het Sterke Steenhuis van de Rengersen”, maar Westendorp geeft de naam erbij: Aitzum.

En dat brengt me tot slot bij een ander project van de historische vereniging, de Kroniek Versterkt Ten Post. Als we daarin straks de Rijksweg tussen Ten Post en Oldersum beschrijven dan zullen we daar het verhaal vertellen over de bezetting van dat steenhuis door de Hollanders onder leiding van Pieter Reyners en de verwoesting door Groninger Schieringers onder leiding van Eppo van Nittersum in het jaar 1398.

==========================================================================

 Column Historische Vereniging

Over boeken gesproken (vervolg)

In onze column van begin juni ging het over de naar schatting 30.000 boeken die Henk Veldman aan de historische vereniging heeft nagelaten. Nu, drie maanden later, zijn we daar nog steeds, bijna fulltime, mee bezig. Zo fulltime dat het me niet lukt over een ander onderwerp te schrijven.

Op 24 mei kregen we de sleutel van Henks huis. We begonnen direct met opruimen en met het verzamelen van bananendozen waarin we boeken, die dubbel in de kasten stonden of op stapels lagen, konden sorteren. Op 1 juni vonden we Henks koninklijke onderscheiding, een van de objecten waarnaar we vanaf het begin zochten. Een ander object waar we naarstig op zoek naar waren is de in 1852 uitgegeven gedrukte editie van de Kroniek van Johan Rengers van Ten Post. We wisten dat Henk dat relatief zeldzame boek had, maar waar?

Diezelfde dag startten we met de voorverkoop van spullen uit de inboedel, waaronder de eerste boeken. Vooral onder de leden. Voor publieke verkoop waren we nog lang niet klaar. In diverse ruimtes is het mogelijk om bananendozen te plaatsen, maar al snel komen we ruimte tekort. Toen Henk plotseling niet meer trap kon lopen liet hij een boekenschuurtje naast zijn woning bouwen, bedoeld voor de boeken die boven stonden. Dat schuurtje was echter nog niet klaar toen hij kwam te overlijden. Nu stond dit schuurtje al snel vol met bananendozen vol boeken.

Begin juli kwam een gespecialiseerde antiquair om de duurdere godsdienstige boeken op te kopen. In een tiental dozen verhuisden die naar de bijbelbelt. Ruimtelijk geeft dat nauwelijks lucht. De keuken en de kelder, de plekken waar oorspronkelijk geen boeken stonden en door ons in gebruik was genomen voor godsdienstige boeken, stonden binnen de kortste keren weer vol. Halverwege juli werden de kostbare niet-godsdienstige boeken verkocht aan een Stad-Groninger antiquariaat. Waarna meer antiquariaten langskwamen om uit de overgebleven boeken de boeken te selecteren waarvoor zij in een eerste ronde € 10 per stuk en in een tweede ronde € 5 per stuk betaalden. Tientallen dozen boeken gingen naar diverse plaatsen in Groningen en Drenthe, maar desondanks keken we nog steeds tegen stapels bananendozen aan. Hun aantal bleef groeien door de verdergaande ontsluiting van de collectie.

We mochten de buurtschapstent van Kröddeburen opzetten en dat gaf weer even ruimte. Maar niet genoeg om het tot de geplande boekenmarkt uit te zingen.


We gingen door met het sorteren van de boeken die op de bovenverdieping nog op rijen stapels lagen. Na de laatste rij konden we het kastje dat erachter stond openen. Op 25 juli vonden we daar de kroniek van Johan Rengers. Drie delen in een band, heel apart. Gaat zeker niet in de verkoop, hoort in Ten Post. In het huis van Ten Post?

We begonnen, gedwongen door ruimtegebrek, eind juli met de verkoop van boeken in en bij Henks woning. Eerst op afspraak, maar twee weken later werd het vrije inloop. De bezoekers waardeerden dat ze vrij rond konden snuffelen tussen al die boeken in de woning, het schuurtje en de tent. De meesten kwamen een of meer keer terug, want alles in een keer doornemen lukte niemand. Deze publieke verkoop zou doorgaan tot 10 september, de dag waarop de geplande boekenmarkt zou plaatsvinden. Omdat alles in een keer voor de meeste bezoekers niet lukte, leek het ons beter om in plaats van de boekenmarkt een week langer door te gaan met de verkoop in en bij de woning, de Finale.

Na 17 september begint de na-verkoop. Enkele opkopers en andere belangstellenden komen dan langs voor de overgebleven boeken. De boeken waar niemand belangstelling voor heeft, rest de status “oud papier”.
We hopen 1 oktober de sleutel bij de notaris in te leveren. Dan sluiten we onderling de eerste helft van dit ons door Henk Veldman in de schoot geworpen project af met een klein feestje. Om ons daarna op te maken voor de tweede helft: Het besteden van de opbrengst van de boekverkoop aan activiteiten en zaken m.b.t. onze plaatselijke cultuur en geschiedenis en het beheer van ons cultureel erfgoed. Dingen waarmee Henk Veldman blij zou zijn geweest. Dingen waar we lange tijd onze handen vol aan hebben. We kunnen daarom nieuwe leden en ideeën best gebruiken.

==========================================================================

Column Historische Vereniging

Barteld Kuiper

Wie was B Kuiper en wat maakte hem zo belangrijk dat de mooie straatnaam Wittewierummerweg voor een hommage aan hem moest wijken? Een vraag die me al bezighoudt sinds ik in Ten Post kwam wonen. Af en toe kwam ik zijn naam wel tegen, maar nergens kwam ik sporen tegen van wat hem bijzonder maakte.

Hij werd geboren op 8 juli 1857 te Oudeschans als kind van schoenmaker Willem Kuiper en Anna Raatjes. Hij trouwde op 17 januari 1891 met Antje Koopman uit Ten Post. Antje was de dochter van Klaas Koopman, bakker en eigenaar van café Veelust dat toen café Koopman werd genoemd.
Vanaf 1 oktober 1882 tot 1 oktober 1922 was hij hoofd der Openbare lagere school. 40 jaar, dus twee generaties Ten Posters leerden van hem lezen, schrijven, rekenen en tekenen!

Voor zijn leerlingen zal hij natuurlijk wel belangrijk geweest zijn en uiteindelijk woonde hij in een belangrijk huis aan een belangrijke straat, de Wittewierummerweg, thans B Kuiperweg. Op huisnummer 23.


In het boerderijenboek staat daarover:

Omstreeks 1910 werd de behuizing verkocht aan het “hoofd ener school” Barteld Kuiper. Hij was getrouwd geweest met Antje Koopman die reeds op 9-2-1901 was overleden. Meester Kuiper stierf op 14-2-1941. Zijn enige zoon Willem Nicolaas Kuiper erfde de “boerderij”. Hermann Wilhelm August Reinders pachtte de behuizing en begon er een houthandel. In 1943 kocht hij het pand.

Verder hoorde ik geen verhalen over hem en was er niets te lezen.

Tot deze zomer het boekje “Vijftig jaren terpenonderzoek” van de vereniging voor terpenonderzoek, uit de verzameling van Henk Veldman, een bijdrage van Barteld Kuiper bleek te bevatten.

Hij behoorde tot een select gezelschap van bij het onderzoek naar terpen betrokken Nederlanders, die door de Leidse professor J van Bemmelen werd uitgenodigd commentaar te leveren op diens beschouwing over het tegenwoordige standpunt onzer kennis van de Nederlandse Terpen.

Hij gaat met name in op de verwarring bij het benoemen van grondsoorten en het feit dat in het “gebied waar wij wonen” een grote verscheidenheid aan grondsoorten is waarvoor in onderzoeken nauwelijks aandacht is. Hij geeft ook precies aan waar men in ons gebied de verschillende grondsoorten kan vinden.

Verder gaat hij in op allerlei aspecten van terpen zoals die in het te becommentariëren stuk aan de orde worden gesteld. Hij geeft daarvan voorbeelden in ons gebied en beschrijft zijn vondsten. Dat gaat allemaal vrij gedetailleerd. Hij voegt echt kennis toe. Het interessantste vind ik wat hij aan het eind van zijn brief nog even kwijt wil.

Afgelopen zomer tijdens een droge tijd vertelde de wijngaardenier van Groot Maarslag op RTVNoord dat de druiven op de zuidhelling van de wierde geen last van de droogte hadden vanwege de bolle grondwaterspiegel in de wierde.

Barteld Kuiper schrijft over dat verschijnsel het volgende:
Voor eenige dagen was ik bij een landbouwer, die op het hoogste punt van de wierde te Heemert bij Lellens woont. Hij heeft als naar gewoonte een breede gracht rondom zijn huis. Hoewel de bodem van de gracht even hoog is als het maaiveld, staat in de gracht altijd water, waarin geen onkruiden groeien. Het water staat altijd bijna even hoog, ook bij sterken regen.

Van zo’n bolle grondwaterspiegel is overigens niet alleen in wierden sprake, maar ook in kwelderwallen, zoals merkbaar is in onze tuin in Kröddeburen.

Barteld Kuiper schreef die brief in oktober 1907. Fijn dat hij zich toen even bezig kon houden met wat kennelijk zijn hobby was, terponderzoek. Dat zal hem goed hebben gedaan, want verder was 1907 natuurlijk een zwaar jaar voor hem. In 1907 werd de school met de bijbel gesticht en verloor meester Kuiper een groot deel van zijn leerlingen. De afscheiding werkte toen, met 50 jaar vertraging, ook in het onderwijs door.

 

Afbeelding met poseren, persoon, kind, oud

Automatisch gegenereerde beschrijving